ANT: Gebrek aan politiek draagvlak voor AMvB Taakherschikking
'Geen experiment over rug patiënt en zorgverlener, er zijn betere oplossingen'
1 oktober 2018 - Na verzet van zorgverzekeraars, patiëntenorganisaties, universiteiten en beroepsorganisaties van tandartsen, is er ook politiek gezien nauwelijks draagvlak voor de AMvB Taakherschikking in de mondzorg. Minister Bruins van Medische Zorg moet terug naar de tekentafel en met werkbare alternatieven komen om het capaciteitstekort in de mondzorg op te lossen. Dat stelt de Associatie Nederlandse Tandartsen (ANT) na spijkerharde kritiek uit zowel Tweede als Eerste Kamer op het voorstel om (geregistreerde) mondhygiënisten tijdelijk meer zelfstandige bevoegdheden te geven, zoals het maken van röntgenfoto’s en het boren bij primaire cariës.
Vorige week hebben zowel leden van coalitiepartijen als oppositie tijdens een besloten bijeenkomst van de Vaste Kamercommissie van VWS hun bezorgdheid laten blijken over de effectiviteit van het experiment, dat volgend jaar moet ingaan. Dit weekend was het de beurt aan de senatoren van de Eerste Kamer (VVD, CDA, SP, PvdA, Groen Links en 50Plus) om hun vraagtekens te zetten bij de AMvB. In een brief aan de minister geven ze aan te twijfelen aan de noodzaak en doelmatigheid van het experiment en dringen ze aan op het onderzoeken van beter werkende alternatieven om het capaciteitstekort in de mondzorg op te lossen. Jan Willem Vaartjes, voorzitter van de ANT: “De boodschap kan niet duidelijker: geen experiment over de rug van patiënt en zorgverleners als de noodzaak niet vaststaat en er betere oplossingen zijn.”
Op aandringen van de ANT gaf minister Bruins recentelijk beide Kamers tot 2 oktober de tijd om vragen te stellen over de AMvB Taakherschikking en het capaciteitsvraagstuk in de mondzorg. Door mondhygiënisten zelfstandig bevoegd te maken voor een aantal voorbehouden handelingen, beoogd de minister het capaciteitstekort in de mondzorg op te lossen. Dit in de vorm van een experiment voor een periode van in eerste instantie 5 jaar.
Taakherschikkingsbeleid
De ANT is blij met de steun en kritiek in beide Kamers. “Alle vragen die we als beroepsverenging de afgelopen jaren aan de minister en aan VWS hebben voorgelegd zonder een serieus antwoord te krijgen, heeft de minister nu als een boemerang teruggekregen”, stelt Vaartjes. Tweede Kamerleden, inclusief de regeringsfracties van CDA, D66 en ChristenUnie, lijken zich te distantiëren van het taakherschikkingsbeleid. Zij willen van de minister met name weten wat de feitelijk onderbouwing en rechtvaardiging van de maatregel is, hoe de patiëntveiligheid wordt geborgd, wanneer serieus gesproken kan worden van een geslaagd experiment en of de zorg niet juist duurder gaat worden door onder andere overbehandelingen.
Behoorlijk bestuur
Uit de toelichting bij de AMvB blijkt dat de minister van het experiment een verhoging van de zorgcapaciteit verwacht bij een gelijk aantal zorgverleners en een verlaging van de zorgkosten, doordat de juiste zorgverlener op de juiste plaats wordt ingezet. Uit de brief van de Eerste Kamerfracties blijkt dat zij de maatregel vooral hebben gewogen naar maatstaven van behoorlijk bestuur en algemeen belang. En dat is precies waar dit experiment vastloopt, zo betoogt de ANT al ruim twee jaar. “De minister is niet in staat gebleken de maatschappelijke noodzaak van dit experiment aan te tonen met onderzoek, cijfers en berekeningen. Taakherschikking moet primair het antwoord zijn op het groeiende capaciteitstekort in de mondzorg. Maar het is in feite een gok die de minister nu neemt. Als blijkt dat de maatregel niet werkt, is er weer 6 jaar verloren.”
Ook de Eerste Kamerleden zijn zeer kritisch over de doelstellingen van het experiment en het gebrek aan alternatieven. In een brief in niet mis te verstane bewoordingen roepen de senatoren de minister op de maatregel uit te stellen en eerst de bevindingen van het Capaciteitsorgaan af te wachten. Zij vragen zich af of taakherschikking wel het juiste antwoord is op het capaciteitsvraagstuk en zetten vragen bij zowel de onderbouwing van de maatregel als ook het gebrek aan studie op alternatieve scenario's.
Van tafel
De ANT is altijd verklaard tegenstander geweest van onderhandelingen over de AMvB. “Geen compromissen over röntgen of anesthesie. Als de maatregel niet deugt, dan moet deze van tafel”, stelt Vaartjes. Volgens de ANT zijn er veel betere alternatieven te bedenken: verhoog in de eerste plaats de opleidingscapaciteit van zowel tandartsen als mondhygiënisten, maak de mondzorg die verleend wordt door universiteiten en hogescholen in het kader van de opleiding goedkoper en wellicht gratis, zodat alle toekomstige mondzorgverleners beter beslagen ten ijs komen en dus productiever zullen zijn en stel voldoende middelen ter beschikking aan de universiteiten.
Kunt u niet vinden wat u zoekt? Gebruik de zoekmachine.
oktober/november 2024
Verspreiding in november 2024.
Heeft u nieuws voor het volgende nummer of een interessante casus? Neem dan contact op met de redactie.