Wordt tandtechnicus de melkboer van de 21e eeuw?
Eerste DHTA-symposium smaakt naar meer (deel 2)
30 mei 2011 - De Dutch HealtTec Academy is sinds dit schooljaar het nieuwe huis voor gezondheidstechnische beroepen waaronder de tandtechniek. Het heeft als doel samen met de SVGB het centrum van kennisuitwisseling en overdracht te zijn tussen onderwijs en bedrijfsleven. Een toonaangevend symposium waarin de laatste trends worden besproken past daar uitstekend bij. De circa 100 bezoekers uit heel Nederland waren zeker niet voor niks naar Utrecht gekomen. Dit is deel 2 van het verslag over het DHTA-symposium 'Tandtechniek: de uitdaging.'
Ate de Jong, directeur K&J Tandtechniek in Haarlem
Ate de Jong begint zijn lezing met een stuk familiegeschiedenis. Zijn vader was melkboer. Een in Nederland niet meer voorkomend beroep. De link met de tandtechniek is natuurlijk snel gemaakt. In een periode waarin import uit lage lonen landen aan de ene kant en verregaande digitalisering aan de andere kant aan de orde van dag zijn is de vraag of er nog een toekomst is voor de Nederlandse tandtechnicus en de Nederlandse tandtechniek.
Uit het door hem gepresenteerde overzicht van de branche in cijfers blijkt bovendien dat de tandtechnische branche tevens te kampen heeft met vergrijzing en de daarmee gepaard gaande problemen met bedrijfsopvolging. Een deel van de branche heeft problemen bij het aantrekken van vakmensen.
Schaalvergroting
De neiging tot schaalvergroting komt zowel bij tandtechnische laboratoria als tandartspraktijken voor hoewel dit – in ieder geval bij de tandtechniek – in absolute zin nogal meevalt. Van de circa 1000 tandtechnische bedrijven behoren bijvoorbeeld slechts 38 laboratoria bij een keten. Wel komt het steeds vaker voor dat een keten van tandartspraktijken zijn eigen ‘in house’ tandtechnisch laboratorium opzet. Maar de opkomst van vrouwen in het beroep tandarts en de afname van de tandtechnische kennis bij tandartsen biedt ook nieuwe kansen. Steeds vaker komt het voor dat het tandtechnisch laboratorium in deze ontwikkeling een mogelijkheid ziet om zelf een tandartspraktijk over te nemen of zelfs te starten. De Branchevereniging Tandtechniek heeft tijdens de afgelopen ledenvergadering zelfs een lezing met de titel ‘Als tandtechnisch ondernemer een tandartspraktijk starten’ georganiseerd.
Ander perspectief
Ate de Jong stelt dat de nieuwe ontwikkelingen de tandtechnicus dwingt vanuit een ander perspectief te denken. Wij behandelen de doelgroep patiënten in plaats van louter opdrachten van de tandarts geformuleerd op een opdrachtbon uit te voeren. Een tandtechnisch werkstuk afleveren zonder de patiënt te hebben gezien zou u als tandtechnicus niet meer moeten willen. Laat daarom de patiënt liefst in alle gevallen voor kleurbepaling en try-inn naar uw laboratorium komen. Zorg voor een aparte behandelruimte voor zowel prothetiek en keramiek. Geef de patiënt voorlichting over de keuzemogelijkheden en inzicht in de kosten.
Zelf doen en laten doen
Onder het credo ‘zelf doen of laten doen’ - en dit maal gaat het niet om een inhouse freescentrum of opsturen naar een freescentrum – laat Ate de Jong een aantal mogelijkheden zien om het beroep van Nederlandse tandtechnicus ook in de toekomst te behouden: maximaliseer introductie van de digitale technieken in uw tandtechnisch laboratorium, zoek zoveel mogelijk direct contact met de patiënt en breidt de patiëntenbehandeling in uw lab uit, start een mondzorgcentrum en/of neem een tandarts in dienst of faciliteer een tandarts door op vaste dagdelen in de week naar zijn tandartspraktijk te komen om samen patiënten te ontvangen. Allemaal zaken waar u als tandtechnisch ondernemer zelf mee kan beginnen.
Zelf afrekenen met patiënt
Voor weer andere zaken is soms een initiatief van een groter verband vereist. Hij denkt hierbij aan het starten of aansluiten bij een franchiseketen en/of het investeren in de branding van een herkenningslogo, het blijven investeren in de (reguliere) opleiding van vakmensen, overleg met zorgverzekeraars. Maar ook stelt hij het zelf afrekenen met de patiënt door het tandtechnisch laboratorium ter sprake. Waarom zou de tandarts een dergelijk incassorisico moeten lopen? Het lost direct het probleem van tandtechnici op dat niet alle tandartsen de informatie waarop de patiënten recht heeft daadwerkelijk verstrekken aan de patiënt. Het leidt tot meer transparantie. Een term die ook regelmatig terugkomt in de discussie over de mogelijk vrije prijsvorming in de mondzorg. Het probleem waar menig tandtechnisch laboratoriumhouder zich voor gesteld ziet is de hiermee gepaard gaande administratie. Maar de oplossing die tandartsen hiervoor ter beschikking staan zijn ook in te zetten door tandtechnische laboratoria.
Kwaliteitsregister Tandtechniek
Een ander idee dat de gewenste transparantie ten goede komt is het Kwaliteitsregister Tandtechniek. Onder het motto ‘Een echte tandtechnicus staat geregistreerd’ kan de consument dan controleren of de zich als tandtechnicus presenterende beroepsbeoefenaar ook daadwerkelijk zijn diploma tandtechniek heeft gehaald. Het initiatief hiertoe is inmiddels genomen en hierover zal binnenkort meer bekend worden.
Kortom: tandartsen blijken de kennis en de ondersteuning van de tandtechnicus om de hoek zeer te waarderen. Gecombineerd met alle ontwikkelingen en mogelijkheden is het beroep van tandtechnicus daarom springlevend en afschrijven zeker niet aan de orde.
Klik hier om deel 1 van het verslag van het eerste DHTA-congres: Tandtechniek: de uitdaging te lezen.
Exclusief voor TTM Service Clubleden
Klik hier om de uitdraai van de powerpointpresentatie van Ate de Jong te downloaden.
Kunt u niet vinden wat u zoekt? Gebruik de zoekmachine.
oktober/november 2024
Verspreiding in november 2024.
Heeft u nieuws voor het volgende nummer of een interessante casus? Neem dan contact op met de redactie.